Rocky Mountain Solo C70 SRAM-test: de eerste carbon grindfiets van het MTB-cultmerk is afgestemd op offroad-avonturen en bikepacking-tochten met veel bandenvrijheid en talrijke montagemogelijkheden. Ook het comfort wordt niet verwaarloosd.
De MTB-specialisten zijn aan het versnellen in het grindsegment: nadat de Solo jarenlang het enige aluminium model in het modellengamma was, is er nu een carbonversie geïntroduceerd. Tegelijkertijd is het aluminium wiel uitgebreid herzien. Hij ziet er nu veel moderner uit, heeft meer montagemogelijkheden en een tot in detail aangepaste geometrie, wat tevens de basis vormt voor de nieuwe Rocky Mountain Solo C70.
Compactere zitpositie en meer bandenvrijheid
Wat overblijft is het typische silhouet met een duidelijk aflopende bovenbuis, waardoor de Solo vrij compact overkomt. De balhoofdbuis is bij alle framematen korter geworden, terwijl de stapel met enkele millimeters is gegroeid. Dit is te verklaren door een langere vork, waardoor er nu met 50 mm brede banden gereden kan worden in plaats van 40 mm zoals op de oude aluminium fiets. Met 650B-wielen is de bandenspeling toegenomen van 2.2 naar 2.25 inch.
De stuur- en zithoeken zijn onveranderd gebleven, evenals de lengte van de liggende achtervorken. De Solo behoudt daarmee zijn uitgebalanceerde karakter, al blijkt de carbonversie behoorlijk wendbaar en handzaam te zijn. De veranderingen in de zithouding en de bandenspeling zijn bedoeld om de offroader geschikter te maken voor trail- en bikepacking. De inspiratie hiervoor was het mountainbike-element "DownCountry" uit 2016, dat meer gericht was op lange tochten - en dus is de grindfiets ook bedoeld om comfortabele fietsavonturen op veeleisend terrein mogelijk te maken.
Rocky Mountain Solo C70 – Meer montagemogelijkheden
Voor dit doel kreeg de Solo ook extra bevestigingspunten: zowel op het carbonmodel als op de nieuwe aluminium fiets kan nu een klein tasje aan de voorkant van de bovenbuis worden bevestigd; Onder de bovenbuis bevinden zich drie schroefgaten voor een frametas. Er zit nu een derde bidonhouderschroef op de onderbuis. En er is nog iets dat de Solo Carbon bijzonder geschikt moet maken voor lange afstanden: de zitbuis is in het onderste gedeelte aanzienlijk afgeplat, wat voor een grotere elasticiteit zou moeten zorgen.
Kunt u dat voelen? De Rocky Mountain ziet er zeker comfortabel uit, met een hoogwaardige carbon steun gemonteerd, die door de korte zitbuis ver naar buiten is uitgeschoven en goed meebuigt. De fiets is al zeer comfortabel om te rijden; Bredere banden dan de 40 WTB Venture op de testfiets zouden voor nog meer comfort zorgen. Met een fijn geprofileerd loopvlak plus schoudernoppen is dit een typische allrounder voor grind. Uiteraard past een bredere band die meer op trails is afgestemd ook goed bij de platte aluminium velgen van de Easton wielset met een interne breedte van 24 mm.
XPLR is goed, maar Eagle is misschien beter
Rocky Mountain gebruikt de SRAM Rival AXS op de Solo Carbon, maar dan in de XPLR-versie met een 42 kettingblad en 10-44 cassette. Je kunt heel goed overweg met de extreem goed werkende componenten, al kun je je afvragen of de AXS Eagle nog beter op de fiets zou passen, omdat hij aanzienlijk gemakkelijker bergbeklimmen mogelijk maakt. Het Easton-stuur met matig gehoekte bogen is erg prettig: 16° “flare” resulteert in een goed compromis tussen handling op terrein en de bruikbaarheid van de schakelremhendels, die op sommige meer gehoekte sturen simpelweg te plat zijn.
Met bijna precies negen kilo zonder pedalen is de Solo Carbon een goed gemiddeld gewicht; De prijs is met 5.100 euro relatief hoog en is zeker te danken aan de uitstekende reputatie die het bedrijf geniet onder mountainbikefans. Zij zijn niet de enigen die zullen genieten van het nieuwe koolstofgrind, dat ruimschoots aan hun behoeften voldoet.